Een prentenboek hoeft niet veel meer te zijn dan een komische situatie met plaatjes. Kleuters zijn dol op kolder en daar is – mits goed geschreven en geïllustreerd – helemaal niets mis mee. Een van de grootste favorieten is rolverwarring, waarbij de net geleerde wereldorde op zijn kop gaat.
De verkipping
Patent op dat soort grappen heeft het productieve duo Tjibbe Veldkamp en Kees de Boer. Hun nieuwste prentenboek heet De verkipping (Lannoo, ***, 28 pagina’s, € 12,95, vanaf 5 jaar). Een botte boer besluit – kennelijk geïnspireerd door de animatiefilm Chicken run, waar het boek op grimmige momenten doet denken – dat hij zijn varkens in kippen wil veranderen. Hij gebruikt daarvoor een samen met zijn assistent gebouwde helse machine.
‘Jullie moeten meer eieren leggen!’, roept hij elke keer tegen zijn varkens. En dat is lachen geblazen, natuurlijk. Dat het boek een aanklacht is tegen de voedselindustrie, zal de meeste kleuters niet opvallen. Varkentje 405 verandert als eerste. Hij hoopt op die manier te kunnen ontsnappen en lekker in de vrije natuur te gaan wroeten, maar hij houdt er alleen een kippenstaart en –snavel aan over.
Jammer dat het einde verhaal van het verhaal net iets te ingewikkeld en chaotisch wordt. De Boer en Veldkamp nemen zoals wel vaker net iets te veel hooi op de vork. De machine slaat op hol en varkentje 405 vermenst, de boze boer verkipt en de kipvarkens worden weer vervarkend. Het gekrakeel van de laatste bladzijden is nauwelijks op een fatsoenlijke manier voor te lezen, laat staan uit te leggen, en had een stuk eenvoudiger gekund zonder minder leuk te worden.
Prinses met motorzaag
Datzelfde probleem maar dan nog iets erger heeft Prinsessen zijn niet perfect van Kate Lum en Sue Hellard (De Fontein, vertaald door Joukje Akveld, *** (3), 32 pagina’s, € 12,50, vanaf 5 jaar). Drie prinsessen zijn elk heel goed in hun vaste huishoudelijke taak: de een doet de tuin, de tweede bakt taartjes en de derde timmert graag. Maar ze willen wel eens wat anders en besluiten de dag voor het grote prinsessenfeest met honderden gasten met elkaar te ruilen. Dat is niet zo’n goed moment.
Wat kolder betreft is het boek erg geslaagd: we zien de ene prinses met een motorzaag bessen plukken, de volgende taarten bakken met een bezem en de laatste stoeltjes in elkaar lijmen in plaats van spijkeren. Maar elke hiërarchie ontbreekt op de drukke pagina’s en je hebt geen idee waar je moet kijken. De prinsessen zijn door de fletse pastelkleuren en de vele tierlantijnen nauwelijks uit elkaar te houden, waardoor de grap van de rolverwisseling bijna onzichtbaar is. Ook is de, overigens prima vertaalde, tekst veel te lang. Ze had tot een kwart kunnen worden ingekort.
Ballethond
Een feest voor oog en oor is dan het prentenboek van debutante Anna Kemp en ervaren illustrator Sara Ogilvie Honden doen niet aan ballet. Hond Roef is geen gewone hond, hij wil geen stokken halen maar balletdansen, net als zijn baasje. En dus gaat hij haar elke keer stiekem achterna naar de dansschool.
Het resultaat is een sympathiek prentenboek met korte, krachtige zinnen en aanstekelijke illustraties met verschillende technieken: potlood, verf, krijt, stempels en collage. Van het in Nederland nog niet bekende werk van Ogilvie zien we graag meer. Haar platen zijn hier en daar wel erg eenvoudig en op het behagen van een groot kinderpubliek gericht, vooral als hond Roef zijn allerzieligste gezicht opzet, maar ze kan een hond laten dansen zonder dat het slapstick wordt en dat is een kunst. Dat is ook wel het mooiste aan dit boek, dat het niet alleen maar om te lachen is maar ook ontroert.
**** (4)
Honden doen niet aan ballet
Anna Kemp en Sara Ogilvie
Vertaald door L.M. Niskos
Lemniscaat, 32 pagina’s, € 12,95
ISBN 9789026128097
Vanaf 4 jaar