donderdag 26 augustus 2010
De rol van het kind in kunst voor volwassenen
De Volkskrant van vandaag heeft een interessant artikel over kinderen in films voor volwassenen. Kevin Toma schrijft daarin over regisseurs die gebruik maken van het kinderperspectief. Realistisch drama wordt versterkt door kinderlijk onbegrip. Een kind dat huilt omdat hij niet begrijpt waarom hij straf heeft, is indrukwekkender dan de emotie van de volwassene die wél weet waar hij mee bezig is. Verder biedt de fantasie van kinderen ook veel artistieke vrijheid: een onbevangen kind kan met ongekunstelde observaties prachtige metaforen bieden voor het leed van volwassenen, zonder het zelf door te hebben. Het artikel doet me erg denken aan de moderne jeugdliteratuur, waarin je nog steeds regelmatig volwassenenboeken vermomd als kinderboeken vindt. Het artistieke doel van zo'n boek begrijp ik - ik kan zelf ook genieten van de boeken van Margriet Heymans, om maar een voorbeeld te noemen - maar schrijven vanuit het perspectief van kinderen is niet hetzelfde als schrijven voor kinderen. Ik heb al vaker op dat feit gewezen en ik ben kennelijk niet de enige: het genre is duidelijk op zijn retour. Toch zou ik wel eens willen dat schrijvers net zoveel zelfkennis lieten zien als de in dit artikel aangehaalde filmmakers. Want ik kan me nauwelijks voorstellen dat ze het zelf niet doorhebben, dat ze helemaal niet voor kinderen schrijven. Of schreven.
vrijdag 20 augustus 2010
**** (4) voor Bette Westera Liedjes van verlangen
Ik vind de opvolger van Boven in de groene linden zat een moddervette haan veel beter gelukt. Bette Westera laat in Ik leer je liedjes van verlangen, en aan je apenstaartje hangen zien dat ze goed is in speelse light-verse. Mijn recensie lees je hier.
***** (5) voor Janne Teller: Niets
‘Ik snap niet waarom iedereen pronkt met kennis die andere mensen vergaard hebben. Het ontmoedigt jonge mensen, die zelf nog niets bedacht hebben.’ Dat verzucht de dertienjarige Agnes, hoofdpersoon van de Deense jeugdroman Niets. In dit tamelijk schokkende jongerendebuut van Janne Teller gaan de zevendeklassers van de dorpsschool van Tering op zoek naar de zin van het leven. Dat hadden ze beter niet kunnen doen.
Het komt allemaal door Pierre Anthon. Die is als een moderne Diogenes in een pruimenboom gaan wonen en weigert de rest van het jaar nog naar school te gaan. De andere leerlingen halen in eerste instantie hun schouders op. Maar elke ochtend bestookt hij hen met pruimpitten en lastige vragen. ‘Je gaat naar school om werk te krijgen, en je werkt om vrij te krijgen. Waarom zou je niet meteen vrij nemen?’ Of: ‘Jullie zijn zeker bang voor het niets.’
Op een dag is de maat vol. De klasgenoten besluiten om allemaal iets af te staan dat van grote betekenis voor hen is. Wie heeft geofferd, mag het volgende offer bepalen. Dat begint met een paar Dungeons & Dragons-boeken van Dennis en de nieuwe zomerschoenen van Agnes, waar ze een winter lang om gezeurd heeft. Agnes neemt wraak, door Gerda te dwingen om haar hamster Oscar mee te nemen. En dan loopt het project natuurlijk volledig uit de hand.
Niets verscheen in 2000. Het is een raadsel waarom het pas nu in het Nederlands is vertaald. In eigen land kreeg het de prijs voor het beste jeugdboek van het jaar en in Frankrijk twee jaar geleden de Prix Libbylit. En zeer verdiend: de Nederlandstalige jongeren die de afgelopen tien jaar te groot zijn geworden om jeugdliteratuur te lezen, hebben echt iets gemist.
Er wordt wel vaker geprobeerd om middelbare scholieren aan het denken te zetten, maar dat leidt meestal tot brave en schoolse projecten zoals het geromantiseerde collegedictaat De wereld van Sofie. Niets confronteert de lezers met de enige vraag die écht relevant is als je een jaar of veertien bent: waar doen we al die moeite toch voor, en moet ik de antwoorden van mijn ouders – die ook niet gelukkig zijn – nog wel geloven?
Teller heeft het lef om deze vraag te stellen en niet te beantwoorden. Zelden verscheen er voor jongeren een boek dat zo zwart en cynisch durft te zijn én niet aan het einde terugkrabbelt. Dat de verteller Agnes heet – naar de heilige die op dertienjarige leeftijd werd verkracht – is vast niet toevallig. En dat de stoere Sofie het meest schokkende en onterende offer moet doen, evenmin.
Natuurlijk hebben we hier en daar met bewust choqueren te maken, iets waar de Denen van alle Scandinaviërs het beste in zijn. Maar het is functioneel en dan mag het. Teller kan bovendien prachtig schrijven. Tussen haar korte, feitelijke zinnen blijft veel ongezegd. En toch is het glashelder wat ze probeert over te brengen en wordt het nergens zweverig.
Het enige wat niet helemaal lekker zit, is de hier en de enigszins slordige afronding van het verhaal. Pierre Anthon is ijzersterk als motor van het verhaal, maar dat hij ongehinderd een heel jaar in een pruimenboom woont, wordt niet helemaal geloofwaardig gemaakt. En aan het einde schijnt alles een beetje flauw en over de top te moeten: de Berg van Betekenis wordt als kunstwerk voor een paar miljoen aan de Amerikanen gekocht en de kinderen worden belaagd door nieuwsgeile televisieverslaggevers.
Maar dat ene idee waar alle energie in is gestoken en andere dingen kennelijk voor hebben moeten wijken is zo krachtig dat een paar onvolkomenheden het boek niet onderuit kunnen halen. Niets is een sensationele jeugdroman waarvan de confronterende beelden lang blijven nabranden. Jammer dat de schrijfster hierna weer wat anders is gaan doen. Maar ja, zoiets schrijf je maar één keer.
Recensie staat om de een of andere reden niet op de gebruikelijke, gratis plek op de site van de Volkskrant. Wie een abonnement voor de site heeft, kan het artikel hier lezen.
Het komt allemaal door Pierre Anthon. Die is als een moderne Diogenes in een pruimenboom gaan wonen en weigert de rest van het jaar nog naar school te gaan. De andere leerlingen halen in eerste instantie hun schouders op. Maar elke ochtend bestookt hij hen met pruimpitten en lastige vragen. ‘Je gaat naar school om werk te krijgen, en je werkt om vrij te krijgen. Waarom zou je niet meteen vrij nemen?’ Of: ‘Jullie zijn zeker bang voor het niets.’
Op een dag is de maat vol. De klasgenoten besluiten om allemaal iets af te staan dat van grote betekenis voor hen is. Wie heeft geofferd, mag het volgende offer bepalen. Dat begint met een paar Dungeons & Dragons-boeken van Dennis en de nieuwe zomerschoenen van Agnes, waar ze een winter lang om gezeurd heeft. Agnes neemt wraak, door Gerda te dwingen om haar hamster Oscar mee te nemen. En dan loopt het project natuurlijk volledig uit de hand.
Niets verscheen in 2000. Het is een raadsel waarom het pas nu in het Nederlands is vertaald. In eigen land kreeg het de prijs voor het beste jeugdboek van het jaar en in Frankrijk twee jaar geleden de Prix Libbylit. En zeer verdiend: de Nederlandstalige jongeren die de afgelopen tien jaar te groot zijn geworden om jeugdliteratuur te lezen, hebben echt iets gemist.
Er wordt wel vaker geprobeerd om middelbare scholieren aan het denken te zetten, maar dat leidt meestal tot brave en schoolse projecten zoals het geromantiseerde collegedictaat De wereld van Sofie. Niets confronteert de lezers met de enige vraag die écht relevant is als je een jaar of veertien bent: waar doen we al die moeite toch voor, en moet ik de antwoorden van mijn ouders – die ook niet gelukkig zijn – nog wel geloven?
Teller heeft het lef om deze vraag te stellen en niet te beantwoorden. Zelden verscheen er voor jongeren een boek dat zo zwart en cynisch durft te zijn én niet aan het einde terugkrabbelt. Dat de verteller Agnes heet – naar de heilige die op dertienjarige leeftijd werd verkracht – is vast niet toevallig. En dat de stoere Sofie het meest schokkende en onterende offer moet doen, evenmin.
Natuurlijk hebben we hier en daar met bewust choqueren te maken, iets waar de Denen van alle Scandinaviërs het beste in zijn. Maar het is functioneel en dan mag het. Teller kan bovendien prachtig schrijven. Tussen haar korte, feitelijke zinnen blijft veel ongezegd. En toch is het glashelder wat ze probeert over te brengen en wordt het nergens zweverig.
Het enige wat niet helemaal lekker zit, is de hier en de enigszins slordige afronding van het verhaal. Pierre Anthon is ijzersterk als motor van het verhaal, maar dat hij ongehinderd een heel jaar in een pruimenboom woont, wordt niet helemaal geloofwaardig gemaakt. En aan het einde schijnt alles een beetje flauw en over de top te moeten: de Berg van Betekenis wordt als kunstwerk voor een paar miljoen aan de Amerikanen gekocht en de kinderen worden belaagd door nieuwsgeile televisieverslaggevers.
Maar dat ene idee waar alle energie in is gestoken en andere dingen kennelijk voor hebben moeten wijken is zo krachtig dat een paar onvolkomenheden het boek niet onderuit kunnen halen. Niets is een sensationele jeugdroman waarvan de confronterende beelden lang blijven nabranden. Jammer dat de schrijfster hierna weer wat anders is gaan doen. Maar ja, zoiets schrijf je maar één keer.
Recensie staat om de een of andere reden niet op de gebruikelijke, gratis plek op de site van de Volkskrant. Wie een abonnement voor de site heeft, kan het artikel hier lezen.
woensdag 18 augustus 2010
Jonge schrijvers = jonge lezers?
In Frankrijk is een nieuwe tienerauteur opgestaan, de vijftienjarige Carmen Bramly. Dit meldt onder meer The Independent en het weblog De Papieren Man. Haar verhaal gaat over een veertienjarig meisje dat haar maagdelijkheid verliest. De bij meisjes in die leeftijdsgroep (soms) populaire rock-n-roll pastiche Pete Doherty van de Babyshambles, die als enige popartiest ter wereld pronkt met zijn puisten, speelt ook een rol in het boek. De Britse krant constateert dat als je in Frankrijk uitgegeven wilt worden zonder literair agent aan je zijde, het een pré is als je eerste roman al klaar is voor je de middelbare school verlaat. Alsof dichtende en prozaschrijvende pubers niet van alle tijden zijn. Het geeft wel hoop, kennelijk is het nog steeds nastrevenswaardig om schrijver te worden. Benieuwd naar de vertaling en of dat in Nederland als jeugdboek wordt uitgegeven. Carmen is de dochter van de schrijver Serge Bramly. The Independent stelt, op overigens vriendelijke toon, vast dat ook andere tienerauteurs van deze hype kinderen van bekende Fransen zijn, en dat ze allemaal in het zesde arondissement wonen, zeg maar de Parijse grachtengordel.
woensdag 11 augustus 2010
Blijvertje: Kitty Crowther In het pikkedonker
Als de literaire beweging van de jaren tachtig en negentig iets goeds heeft opgeleverd, dan is het wel deze laatbloeier: het prentenboek In het pikkedonker (Querido, 2002) van de in Vlaanderen werkende Kitty Crowther. Het boek is van hoog artistiek niveau, en gaat toch over iets dat iedere kleuter meteen begrijpt en aanspreekt. Kikkertje Jeroen kan niet slapen omdat hij steeds 'kris kras piep plats' hoort. Samen met zijn vader - die daar in eerste instantie helemaal geen trek in heeft - gaat hij op onderzoek uit. Feest om voor te lezen. Er staat maar één irritante, vergezochte zin in: 'In zijn stem zitten korreltjes'. En dat is, zeker voor die tijd, een hele prestatie. (Er stond daar in het manuscript vast iets anders, iets gewoons. En dat kunnen we - Getver! Iets gewoons! - natuurlijk niet hebben.) Haar werk is echter al een tijd niet meer verkrijgbaar in Nederland. Dat viel pas op toen ze dit voorjaar de Astrid Lindgren Memorial Award 2010 won. Onlangs heeft Querido bekend gemaakt dat In het pikkedonker weer te koop is. Laten we hopen dat dat zo blijft! In het pikkedonker verdient het om een klassieker te worden.
maandag 9 augustus 2010
Floortje Zwigtman: Kijk naar jezelf!
Hoezeer ik ook tegen AVI- en in dit geval ook CLIB-boekjes ben: het met veel plezier gemaakte Kijk naar jezelf! van auteur Floortje Zwigtman en fotostripmaker Ype Driessen heeft onmiskenbaar charme. Duidelijk goede samenwerking tussen tekst en beeld, leuke grapjes en precies de goede kinderen. Natuurlijk is het verhaal over een meisje dat gepest werd en op haar nieuwe school zelf gaat pesten een beetje moralistisch en truttig, maar de humor maakt veel goed. Ook heeft Zwigtman het zeldzame talent om makkelijk te schrijven zonder dat je het gevoel hebt dat ze makkelijk schrijft. Ze hoeft zich niet in bochten te wringen, het is allemaal heel naturel. En dat allemaal zonder onnodig Engels en geforceerde jongerentaal. Om maar eens te proberen dus, bij moeilijk lezend meisjes. Als die bestaan.
Abonneren op:
Posts (Atom)